Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], [76]Schouwt Sion aan, [77]de stad onzer bijeenkomsten; uw ogen zullen Jeruzalem zien, een geruste woonplaats, [78]een tent, die niet ter neder geworpen zal worden, welker pinnen [79]in der eeuwigheid niet [80]zullen uitgetogen worden, en van welker zelen geen verscheurd worden. 76. Hier spreekt de profeet nog de godzalige Joden aan. 77. Te weten Jeruzalem, waar het volk Gods gewoon was, inzonderheid op de hoge feestdagen, samen te komen. 78. Versta hier, de Christelijke kerk, die steeds vast blijft staande, ofschoon zij hard wordt bestreden van hare vijanden. Het aardse Jeruzalem is van de Romeinen verwoest. 79. Dat is, nimmermeer. 80. Hebreeuws, niet zullen verreizen.